De Ducretet Tetrode type JM met rode voet
Een vraag die regelmatig wordt gesteld aan de technische commissie is wel die over de tetrode lamp met de rode voet welke in bepaalde Ducretet toestellen wordt gebruikt. Het zijn de toestellen met de aanduiding BCR en ME met daarachter een cijfer dat het aantal lampen aangeeft. Radio modulateurs uit 1929 met een in aluminium gekapselde MF-versterker onder het chassis en waarin twee lampen type JM. Lampen met de bekende vergrote vijfpensvoet zoals die van de dubbelroosterlamp of wel de bigrille.
De lampen door Ducretet gebruikt zijn van het merk Radio Technique. De dubbelroosterlamp R43m, die als modulateur is geschakeld, kan zondermeer vervangen worden door een A441N. De lampen type JM (amplificatrice) zijn normale tetroden met een geheel andere voetaansluiting. Om vergissen te voorkomen zijn de voet van de lamp en ook de lampvoet op het chassis bruinrood van kleur. Een A441N op de plaats van een JM gestoken is vrijwel gelijk ter ziele, daar dan op het ruimteladingsrooster de volle hoogspanning komt te staan. Wees dus voorzichtig met de kostbare lampen.
De JM is een zogenoemde S-tetrode waarover al duidelijk is geschreven in het RHT 2/89 door de heer van Driel. Soms komen we ook de uitdrukking tegen bigrille-écran. Hoewel het woord écran ons direct doet denken aan een schermroosterlamp is deze niet zo geconstrueerd als bijvoorbeeld een A442, waarbij het tweede rooster nauw gewikkeld is en zodanig is uitgevoerd dat het als een scherm het eerste rooster en gloeidraad omvat. Bij de JM is het een normaal aangebracht rooster.
Wel is de anode-roostercapaciteit kleiner dan die van een triode, maar de afscherming is niet totaal. De versterkingsfactor is echter vele malen hoger dan die van een triode. Het tweede rooster krijgt een constante spanning die de helft bedraagt van de anodespanning. Omsolderen van de lamphouder om een R43m of A441N te gebruiken als een normale tetrode is onmogelijk. Het eerste rooster van een ruimteladingslamp is erg dicht om de gloeidraad gewikkeld. De roosterruimte is daardoor erg klein, de lamp kan nauwelijks uitgestuurd worden. Een vervangend type voor de JM is de R67 van Dario maar die is al net zo zeldzaam als de JM en vrijwel niet te vinden. Of de vraagprijs doet je er gelijk al van afzien. Ter vervanging kan een gewone triode gebruikt worden met een verloopvoet, er is dan wel een defecte lamp nodig om de voet te kunnen gebruiken.
Een andere oplossing is om een moderne batterijbuis te gebruiken. Een probleem blijft de gloeispanning en gloeistroom om de gloeidraadregelaar functioneel te laten zijn en de negatieve roosterspanning te kunnen regelen. De eindbuis 3A4 (DL93) is een geschikte buis en zelfs vrij goedkoop te verkrijgen. Schrik niet van de naam eindbuis, want het is pas een eindbuis als hij de luidspreker van energie voorziet. Trouwens heel lang geleden schreef mijnheer Schaaper , bekend van zijn spoelen, dat een B443 beter als hoogfrequent versterker te gebruiken is dan een A442. Dus ook hier blijkt al weer dat alles al eens is bedacht of uitgevonden.
Om de 3A4 aan te sluiten op de vier Volts gloeispanning gebruiken we de twee gloeidraden in serie zodat de buis op 2,8 Volt kan branden. Er moet dus 1,2 Volt weg gewerkt worden. Met de stroom van 100 mA wordt dat een weerstand van 12 Ohm. We gebruiken nu twee weerstanden van ieder 6,7 Ohm ter weerszijden van de gloeidraadaansluiting. Samen is dat 13,4 Ohm, maar dat mag om overspanning te voorkomen, de buis werkt trouwens al ver onder de maximale spanning. Het hoeven geen overdreven zware weerstanden te zijn want het gezamenlijk opgenomen vermogen met geheel open gedraaide gloeistroom regelaar is maar 0,134 Watt. Weerstanden van een ¼ watt zijn dus ruim bemeten en gemakkelijk weg te werken. Zo ook de weerstand van het tweede rooster van 30 kilo-Ohm, deze mag een ½ Watt zijn . Deze extra weerstand is nodig om de buis wat soepeler te kunnen regelen. Natuurlijk wel ontkoppeld met een condensator van 0,1 µF naar het midden van de gloeidraad.
Met een oude grote vijfpensvoet is een verloop te maken naar de miniatuurvoet van de 3A4. Met wat handigheid kan het voorzien worden van een glazen omhulling zodat het wat echter lijkt.
Piet van Schagen